Pensioenakkoord: persoonlijker maar minder zeker

Samenvatting

Pensioenfondsen en verzekeraars met een garantiepensioen wijzigen dit verplicht naar een persoonlijke pensioenpot op basis van beleggingen waarbij de risico’s bij de deelnemer komen te liggen.

Persoonlijker en minder zeker pensioen

Is je pensioen nu verplicht verzekerd bij een pensioenfonds? Dan betaalt je werkgever voor iedere werknemer evenveel premie. Dus voor een oudere werknemer wordt te veel betaald en voor een jonge werknemer? Precies; te weinig! Dat noemen we ‘doorsneepremie’. Een deel van de premie van de jongeren gaat nu dan ook naar de ouderen. Dat noemen we ‘doorsneepremie’. Tot nu toe ging dat best aardig, maar nu heeft dat toch zijn langste tijd gehad. Dat komt omdat we niet meer ons hele leven bij dezelfde werkgever blijven en ons pensioen dus ook sneller meenemen naar een nieuwe werkgever (waarde-overdracht). Dan is het ook handiger wanneer je je eigen pensioenpotje hebt. Dan is het duidelijker wat je gespaard hebt en wat je dus meeneemt.

Garantie vervalt!

Een andere belangrijke wijziging is de wijziging van een ‘gegarandeerd pensioen’ naar een ‘beleggingspensioen’. Veel pensioenfondsen kennen nu nog een garantiepensioen. Je weet nu al precies hoeveel pensioen je vanaf je pensioendatum gaat krijgen. Lekker duidelijk! Maar die duidelijkheid kost ook geld; veel geld! En omdat de rente nu zo heel laag staat kost het pensioenfondsen veel geld om die garanties te kunnen blijven geven. Wanneer pensioenfondsen afstappen van de garantie hoeven zij daar ook niet meer veel extra geld voor opzij te zetten en wordt het dus ‘goedkoper’ voor de pensioenfondsen. Voor de werknemer betekent dit wel een grote verandering! Je pensioen is dus niet meer zeker en kan dus hoger, maar ook lager worden dan verwacht! Jij loopt dat risico nu dus zelf. Daarnaast gaat iedereen hetzelfde premiepercentage betalen voor zijn eigen pensioenpotje. Het is nog niet duidelijk wat pensioenfondsen gaan doen met het opgebouwde pensioen. Blijft dat als garantiedeel staan of wordt dat ook gebruikt voor beleggingen? Hierover komt het komende jaar meer duidelijkheid.

Kijk regelmatig op www.mijnpensioenoverzicht.nl voor jouw meest recente pensioenaanspraken!

Korten

Het kan goed zijn dat jouw pensioenfonds al heeft ‘gekort’ of ‘afgestempeld’. Dat zijn andere woorden voor verlagen van je pensioen. Pensioenfondsen moeten een ‘dekkingsgraad’ hebben van minimaal 105%. Dat betekent dat ze voor iedere € 100 uit te keren pensioen nu € 105 in kas moeten hebben. Hebben ze minder? Dan moeten ze ‘korten’ op de pensioenuitkering. Om, in aanloop naar het nieuwe pensioenakkoord, te voorkomen dat héél veel pensioenfondsen moeten korten heeft minister Koolmees afgesproken dat de dekkingsgraad tijdelijk verlaagd wordt naar 90%. Dat betekent dus dat wanneer jouw pensioenfonds een dekkingsgraad heeft van 90% of meer, zij je pensioen nog niet verplicht hoeven te verlagen. Wanneer straks over wordt gegaan naar een pensioen zonder garantie hoeft een pensioenfonds ook geen minimale dekkingsgraad meer aan te houden. Dat probleem is daarmee dan opgelost.

Positie OR

In artikel 27 van de WOR wordt geregeld dat je als OR instemmingsrecht hebt bij een aanpassing van de pensioenregeling. Laat je daarbij, net als je werkgever, bijstaan door een professional; daarvoor is gewoon budget. Dat geldt voor een pensioenregeling die is ondergebracht bij een verzekeraar, een ondernemingspensioenfonds, een niet verplicht bedrijfstakpensioenfonds en bij een vrijwillige regeling bij een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds.

Zit je bij een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenregeling zonder vrijwillige regelingen? Dan heb je als OR geen instemmingsrecht. Wel is het dan goed om je compleet te laten informeren zodat je ook in staat bent om je achterban goed en tijdig voor te kunnen lichten over de grote veranderingen.

Maarten de Haan

Noot; nog niet alle details van het pensioenakkoord zijn uitgewerkt en definitief. Bovenstaande is op basis van de huidige kennis.